Column en Blog

Blog Eljo Morpurgo: Nasleep Corona
Rubriek: Column en Blog
Gepubliceerd:
Laatste update:
Auteur: Eljo Morpurgo/H
Er is niets erger dan een geliefde verliezen. Niets erger dan geen afscheid kunnen nemen. Niets erger dan leven met de gedachte dat zoveel mensen onnoemelijk veel verdriet hebben gehad. En niets is erger dan het moeten herbeleven, jaren later, alsof het gisteren was.
Net voor de coronapandemie in 2019 had iemand die mij na aan het hart staat haar oude baan opgegeven. Niet omdat ze dat wilde, maar omdat de omstandigheden haar geen keuze lieten. Zij vond een nieuwe werkplek in de ouderenzorg in Amsterdam. Ze was nog maar net begonnen bij haar nieuwe werkgever toen de pandemie uitbrak. Al snel kwam de opdracht: richt een cohortafdeling in waar de eerste coronapatiënten uit Amsterdam opgevangen kunnen worden.

De eerste patiënten stroomden binnen, en niemand wist hoe we hen konden helpen. Er waren geen protocollen, geen beproefde methodes, alleen onzekerheid en de wil om te doen wat mogelijk was. Maar voor velen mocht het niet baten. Elke ochtend hesen we ons in beschermende pakken, handschoenen en gezichtsschermen, hopend dat dit ons zou beschermen.
Eenmaal door de sluis, was er geen weg terug. Aan de ene kant van het glas stonden de patiënten en wij, hun verzorgers. Aan de andere kant stonden de radeloze familieleden en vrienden. Ze zagen hun dierbaren wegglijden zonder dat ze een hand konden vasthouden. Soms was er nog een afscheid via een tablet, maar vaak waren de patiënten al te ziek, of zelfs in coma. Er was verdriet, er was woede. Woede op de situatie, op het virus, maar ook op haar – op degenen die achter het glas stonden en op degenen die ervoor stonden.
Ze was manager van de afdeling en stuurde, samen met een collega, een arts, het team aan. Maar zij was ook de buffer. Degene die familie moest opvangen, moest troosten, moest vertellen dat hun geliefde het niet zou redden. Dag na dag, patiënt na patiënt. Een jaar lang werkte ze van vroeg in de ochtend tot laat in de avond, vaak ook in de weekenden. Elke dag kwam ze thuis, verdrietig, uitgeput en vaak in tranen.
Na dat eerste jaar werd haar gevraagd of ze wilde blijven, maar haar keuze stond al vast: dit zou ze geen tweede jaar volhouden. Pas later kon ze erover praten en vertellen wat er werkelijk gebeurde op die covidafdeling. Mensen die radeloos waren in hun verdriet en de meest verschrikkelijke dingen riepen. Woorden als "nazi" vielen, simpelweg omdat ze een deur gesloten moest houden. Ze kreeg elk denkbaar scheldwoord naar haar hoofd geslingerd. Samen met haar collega’s werd ik gekleineerd, uitgescholden, soms zelfs bedreigd door mensen die wanhopig waren en hun pijn nergens kwijt konden.
En nu, jaren later, haalt het haar alsnog in. Overdag en ’s nachts herbeleef ze die periode. Ze slaap slecht, is oververmoeid en functioneer niet meer zoals voorheen. Ze zit ziek thuis, aan medicatie, en het is haar allemaal te veel geworden. Ze heeft geen covid gehad zover ze weet, geen long covid, en toch is ze er zwaar door gehavend. Niet door het virus zelf, maar door de zorg die zij bood, de inzet waarmee zij vocht om anderen te helpen.
Corona verdwijnt niet zomaar. Niet voor degenen die het in hun lijf voelen, en niet voor haar, die het elke dag opnieuw herbeleeft in haar hoofd. Hopelijk vind zij en andere hulpverleners die hier onder lijden de zorg en rust die ze nodig hebben om dit onderkend probleem te kunnen verwerken.
Geniet van elkaar en het leven.
foto van Eljo