Mijn Historisch Amstelveen
Nieuwe brug tussen Ouder-Amstel en Amstelveen
Rubriek: Mijn Historisch Amstelveen
Gepubliceerd:
Laatste update:
Auteur: Vereniging Historisch Amstelveen/M
Ouder-Amstel en Amstelveen zijn altijd nauw met elkaar verbonden geweest. De oude benaming van Amstelveen (Nieuwer-Amstel) toont dat ook. De Amstel is vanouds de scheiding tussen beide gemeenten, die verbonden zijn door een brug over de Amstel. Deze brug is onlangs vernieuwd. Op 15 juli 2023 werd de nieuwe brug geopend. De provincie Noord-Holland heeft de enkele brug die er lag, vervangen door twee nieuwe bruggen. De feestelijke opening vond plaats met behulp van een waterstuntman, die de vlag met de logo’s van de betrokken overheden in ontvangst nam. Gelijktijdig met de vervanging van de brug is ook de verkeerssituatie op en rond de brug verbeterd.
De brug over de Amstel tussen Ouderkerk en Amstelveen heeft niet altijd op de huidige plaats gelegen. Vóór 1939 lag de brug iets naar het zuiden, tussen het nog bestaande witte brugwachtershuisje aan de Amstelzijde in Nieuwer-Amstel en de Brugstraat in Ouderkerk aan de Amstel. Al vóór 1356 lag er een brug op die plek. In dat jaar wordt de brug namelijk genoemd in een officieel document. De brug werd onderhouden door tolgeld te heffen onder de passanten. Dat konden voetgangers zijn, paard en wagens, maar ook koeien, paarden, schapen of varkens, met elk een eigen toltarief. Een pachter huurde de brug voor drie jaar en inde de tol. Inwoners van omliggende plaatsen als Ouderkerk, de Bullewijk, en Rondehoep konden jaarlijks met de pachter afspraken maken over het bruggeld.
In 1529 kocht Amsterdam de ambachtsheerlijkheid Nieuwer-Amstel (een ambachtsheerlijkheid is een voorloper van de gemeente) en kwam hierdoor in het bezit van de Lange Brug. Amsterdam moest de brug dan ook onderhouden. De brug was in die tijd in slechte staat, maar het tolgeld bracht niet voldoende op om de brug te herstellen. De stad liet het er maar bij, tot het in 1544 niet meer ging en de brug moest worden afgebroken. Daarna vormde een platte schuit een tijdlang de verbinding tussen beide Amsteloevers.
In 1613 werd de veerverbinding toch weer vervangen door een nieuwe brug. Naar de lange opritten werd de brug ‘Lange Brug’ genoemd, waarna tot 1939 op deze locatie een brug heeft gelegen. De brug werd uitgevoerd met één val en vanaf het begin van de 19de eeuw met twee vallen.
In de 18de eeuw nam het verkeer over en langs de Amstel toe. Onder andere trekschuiten, voortgetrokken door paarden, die over de zogenaamde jaagpaden langs de Amstel liepen, namen een belangrijk deel van het verkeer over water op zich. Dit had tot gevolg dat de opbrengst van het bruggeld sterk steeg. In 1745 was de opbrengst ƒ 3.000, wat voor die tijd een hoog bedrag was. Vanaf 1770 ging de helft van het bruggeld naar het Heemraadschap van Nieuwer-Amstel voor het onderhoud van de rijbaan van en het jaagpad langs de Amsteldijk. Dit waterschap omvatte de Binnendijkse Buitenveldertse polder, de Middelpolder en de Bovenkerkerpolder en kort na 1800 ging de zorg voor de brug over naar dit heemraadschap. De constructie met het bruggeld was in het leven geroepen omdat de Amsteldijk in die tijd in slechte staat verkeerde. Het heemraadschap was verantwoordelijk voor het onderhoud van de Amsteldijk. In de buurt van de brug was ook een paardenwed, waar men de jaagpaarden kon waden en laten drinken.
Aan het begin van de twintigste eeuw nam de provincie Noord-Holland het beheer van de brug over. Toen al was de brug een obstakel geworden voor het wegverkeer. Toen er in de jaren dertig een nieuwe provinciale weg tussen Haarlem en Amersfoort werd aangelegd, moest er ook een nieuwe brug komen. Deze werd in 1939 100 meter noordelijker aangelegd, op de huidige locatie van de brug tussen Amstelveen en Ouderkerk. De oude brug werd hierna gesloopt. Dat moest voorzichtig gebeuren, want het plan was de historische brug over te brengen naar het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem. Daar is de brug nu nog te bezichtigen.
Tussen de Brugstraat in Ouderkerk en het brugwachtershuis in Amstelveen kwam weer een pontje, dat nog tot 1970 heeft gevaren. Daarna voer het pontje alleen nog op Koninginnedag. Het is aan de Stichting ‘Vrienden van het pontje’ te danken dat de remmingwerken, die verrot waren, weer zijn hersteld, waardoor vanaf 1996 het ‘Jan Coevert-Veer’ kon gaan varen. Dit pontje vaart in de zomer als toeristische attractie.
Ook de nieuwe brug tussen Ouderkerk en Amstelveen werd al in de jaren zestig van de twintigste eeuw door de toename van het gemotoriseerd verkeer te smal. Dat loste men op door in 1969 over de bestaande brug een stalen noodbrug aan te leggen. Deze brug leverde wel geluidshinder op, zodat omwonenden niet treurden toen de brug in 1976, nadat de A9 een deel van het verkeer had overgenomen, weer verdween.
De brug kon in 2023 worden vernieuwd zonder op de opbrengst van tolgeld te moeten letten.
Bronnen
M. van Dijk, De Lange Brug, in Amstel Mare jaargang 7, nummer 4, december 1996
P. van Schaik, Ouder-Amstel, de oostkant van de Amstel in de stroom van de tijd, 2017
Archief Heemraadschap Nieuwer-Amstel