Column en Blog
Column Jacobine van den Hoek: Kus van Venus
Rubriek: Column en Blog
Gepubliceerd:
Laatste update:
Auteur: Jacobine van den Hoek
Roestbruin staal. Hoorns naast de flapperende oren. Aan de kop van de Bosbaan staat een koe. Ze lijkt een Schotse hooglander en is gevormd van stalen cirkels bijeengehouden met baleinen. Alles houdt elkaar in evenwicht. Het is Ahimsa, een kunstwerk gemaakt door Jantien Mook: ‘Iedereen is welkom in haar cirkel. Als we opnieuw oog krijgen voor onszelf en alles wat leeft op deze wonderlijke planeet zien we dat iedereen iets waardevols bijdraagt.’ We kunnen de symbiose tussen plant, dier, mens en aarde herstellen, denkt Jantien Mook. Tot en met eind maart staat Ahimsa in het Amsterdamse Bos.
Als ik onze kinderen zie, vraag ik me wel eens af of ze zich bewust zijn van de natuur om ons heen. Hun wereld dient zich aan via het binaire stelsel. Codes vormen geautomatiseerde afbeeldingen en teksten en al die informatie zuigen ze als zoete limonade op. Maar hoewel ik klaag, maak ook ik me schuldig aan natuurblindheid.
Het was donker, ik kwam uit Café Abina en liep naar huis. Onderweg vielen mij de twee stippen aan de hemel op. Ze schitterden als sterren van Bethlehem. Díé vliegtuigen vliegen dicht naast elkaar, dacht ik. Ik bleef staan, keek naar boven, zag het steelpannetje en de rest. Hoe nietig zijn we, dacht ik. Hoe groots is onze natuur? Weer thuis begreep ik dat ik niet naar vliegtuigen had gekeken, maar naar Venus en Jupiter. De helderste planeten uit ons zonnestelsel, met Venus als helderste hemellichaam. Ze is vernoemd naar de Romeinse godin van de liefde en deze dagen kust ze Jupiter, de Romeinse oppergod en god van de hemel. Iedereen kan het zien. Vanaf de stoep, tussen bakstenen en betontegels, we hoeven alleen naar boven te kijken. Hoe machtig is het om getuige te zijn van Venus’ liefdevolle omhelzing, slechts 700 miljoen kilometers van ons verwijderd?
‘Jongens, kom eens kijken,’ riep ik die avond. Mijn zoon zuchtte. Maar zijn vriend liep nieuwsgierig naar het raam van onze slaapkamer. ‘Zie je die sterren?’ Ik wees. Mijn jongste wierp een blik naar buiten en snelde terug naar zijn computer. En toch denk ik dat als we maar vaak genoeg de jongeren wijzen op de wereld die er ook is, door Ahimsa’s, door vingerwijzingen en opmerkingen, dat ze het zullen oppakken. Later als ze groter zijn. Er komt een tijd dat iedereen beseft dat we als mens natuur en liefde nodig hebben om te overleven.