Gemeente en Politiek
Eigen straat in Amstelveen voor Sjoukje Dijkstra?
Rubrieken: Gemeente en Politiek, Nieuws
Gepubliceerd:
Laatste update:
Auteur: Frits Suer, bbA/H
Burgerbelangen Amstelveen (bbA) vindt dat de gemeente een straat, plein of park naar Sjoukje Dijkstra moet noemen.
Sjoukje Dijkstra, die op 2 mei jl. overleed, was de eerste Nederlandse topsporter, die in het kunstschaatsen goud won op de Olympische Spelen. Dat was in 1964 in Innsbruck. Daarvoor werd zij in Amstelveen groots gehuldigd en ontving de gouden erepenning van de gemeente Amstelveen. Zij is de enige Amstelveense sporter, die in een individuele sport Olympisch goud heeft gewonnen. In januari 2022 besteedde de Vereniging Historisch Amstelveen aandacht aan Sjoukje Dijkstra met een tentoonstelling ter gelegenheid van haar 80everjaardag.
Hoewel Sjoukje in het Friese Akkrum werd geboren heeft zij haar jeugd in Amstelveen doorgebracht. Haar vader Lou Dijkstra, zelf een goede langebaan schaatser, was hier ook huisarts. Als er ’s winters ijs lag trainde Sjoukje op het water van de Emmakade, maar de reguliere training was toch in de Apollohal en later in de Haagse HOKIJ.
Sjoukje werd in 1954 voor het eerst Nederlands kampioen, daarna van 1960 tot en met 1964 vijfmaal Europees kampioen en van 1962 tot en met 1964 driemaal wereldkampioen. Zij nam driemaal deel aan de Olympische Winterspelen: in 1954 (12e plaats), in 1960 won zij zilver en uiteindelijk in 1964 goud. Die finalewedstrijd werd toen bijgewoond door koningin Juliana en prinses Beatrix. Snel daarna werd zij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. De Schaatsbond benoemde haar tot erelid.
Om zo ver te komen heeft Sjoukje Dijkstra zich enorme inspanningen getroost. Om te kunnen trainen onder de in die tijd befaamde trainer Arnold Gerschwiler heeft zij met name in het Engelse Richmond een Spartaans leven geleid met een hospita die vooral aan Sjoukjes kostgeld wilde verdienen en dan ook niet voor het normale eten zorgde en al helemaal niet een kachel op haar kamer toestond. Sjoukje heeft dat nooit aan haar ouders verteld, bang dat ze was dan door haar vader en moeder te worden teruggehaald.
Sjoukje Dijkstra wordt gezien als een van de legendarische topsporters, die past in het rijtje van Fanny Blankers-Koen, Anton Geesink, Ard Schenk en Johan Cruijff met dien verstande dat Dijkstra en Geesink het moesten doen in een tijd dat Olympische sport nog amateursport was en het aannemen van een beloning absoluut verboden was op straffe van uitsluiting. Pas een jaar na de Spelen van 1964 ging zij geld verdienen door zich aan te sluiten bij Holiday on Ice, waaraan zij tot en met 1972 was verbonden. Daarna zette zij met haar man Karl Kossmayer een circus op onder de naam Circus Dijkstra.
Sjoukje heeft twee dochters. Hoezeer zij zelfs in de huidige tijd nog een begrip was bleek nu 60 jaar later wel uit de enorme belangstelling voor haar uitvaart. Die moest in twee plaatsen worden gehouden. In het Limburgse Someren waar ze de laatste jaren woonde en in Hilversum al waar zij na haar trouwen met Karl Kossmayer ging wonen.
Fractievoorzitter Pieter Monkelbaan zegt: “bbA vindt dat Amstelveen, dat toch al niet overloopt van grote topsporters, de kans moet aangrijpen om zich voor altijd aan de naam Sjoukje Dijkstra te verbinden. “